Onder 'Instellingen' vind je 'Instellingen...' voor de '{{softwarename}}'-software en 'Mijn account...' voor de gebruiker.
Hier vind je de basisinstellingen voor de '{{softwarename}}'-software.
Als je niet veel verstand hebt van ICT en alles naar behoren werkt, kun je alles zo laten als het is.
Sommige instellingen zijn alleen bij bepaalde producten te zien. Als je instellingen die hier zijn beschreven, niet kunt zien, betekent dit dat je deze instelling niet kunt gebruiken voor het fotoproduct dat je hebt gekozen.
Het venster 'Instellingen' is aan de linkerkant opgedeeld in verschillende onderwerpen.
Hier kan een 'lichte' of 'donkere' achtergrondkleur voor het programma worden ingesteld.
Een donkere achtergrond kan beter zijn voor de ogen, vooral bij slecht licht. Maar wie liever de lichte achtergrond gebruikt omdat alles er dan wat minder 'hard' uitziet, mag dat natuurlijk doen.
Hiermee kun je de grootte van het lettertype en de bedieningselementen in de '{{softwarename}}'-software instellen.
Grotere lettertypes en bedieningselementen zijn natuurlijk beter te zien, maar daardoor is er in het venster wel minder ruimte voor het eigenlijke product.
Hiermee kun je de beginpagina van de selectie kalenderdesigns in- of uitschakelen.
Hiermee kun je instellen of er bij het openen van het bewerkscherm voor fotoboeken eerst een lijst met alle mogelijk ontwerpsjablonen (lege pagina's, standaardindelingen met fotovelden, themaboeken en stijlen) moet verschijnen. Als je liever altijd zelf je fotoboeken maakt, kun je de fotoboekassistent permanent uitschakelen door op 'Niet meer weergeven' te klikken.
Als je de '{{softwarename}}'-software opstart, wordt een venster met informatie geopend. Je kunt deze functie natuurlijk ook uitschakelen door de optie uit te vinken. Je krijgt dan alleen nog belangrijk nieuws te zien, bijvoorbeeld de besteltermijn voor kerst.
Elke keer als het programma wordt opgestart, is er een korte begroetingsmelodie te horen (als er een geluidskaart en luidsprekers zijn aangesloten op de computer). Dit kun je hier in- of uitschakelen.
Hier kun je voor de fotoshow de weergaveduur van de foto's in een diashow in seconden instellen.
Bij foto's met transparantie kun je hier een witte of transparante achtergrond of een achtergrond met raster instellen.
Hier wordt niet de helpfunctie mee bedoeld. Dit zijn enkele korte toelichtingen die in het programma verschijnen.
Meestal kunnen deze worden ingeschakeld door een vakje voor 'Niet meer weergeven' aan te vinken. Als je de toelichting dan toch nog eens nodig hebt, kun je deze hier weer inschakelen.
Voor bepaalde stappen bestaat een 'mini-help' die wordt weergegeven als het programma herkent dat deze stap wordt uitgevoerd en dit vakje is aangevinkt.
Bij bepaalde functies in de software verschijnen automatisch korte handleidingen van meerdere pagina's die je kunt uitschakelen en weer kunt inschakelen.
Als je de laatste pagina van een rondleiding hebt gelezen, wordt deze niet weer aangeboden als het vakje daarvoor is aangevinkt.
Kies de map waarmee de software moet starten (de fotoverkenner aan de linkerkant) Hier kun je de zogenaamde 'basismap' kiezen. Je kunt hiermee dus instellen in welke map het bewerkscherm eerst naar foto's moet zoeken. Hier is standaard de map 'Afbeeldingen' ingesteld (het pad ziet er eventueel anders uit). Als je klikt op de knop '...' wordt een mappenoverzicht geopend waarbij je een andere map kunt kiezen.
Hier kun je instellen welke clouddiensten je in de fotoverkenner te zien wilt krijgen.
Met 'Bestandsnamen weergeven' kun je instellen of bij de foto's in de fotoverkenner de bestandsnaam moet worden weergegeven. De instelling 'Bestandsnamen weergeven' is standaard uitgeschakeld.
Hiermee kun je instellen wat er moet gebeuren als een foto die je hebt ingevoegd, te dicht bij de rand staat.
De foto's die te dicht bij de rand staan, worden doorgaans aan de rand vastgelegd en staan dan iets over de rand heen. Zo worden ongewenste randen bij het afsnijden van pagina's bij de productie voorkomen.
Ongewenste randen zijn smalle stroken tussen de foto/clipart en de rand van de pagina in de kleur van de achtergrond en ze zien ze er meestal niet mooi uit. Daarom kun je de foto's beter wat verder van de rand plaatsen of ze automatisch aan de rand laten vastleggen.
Hiermee kun je instellen wat er moet gebeuren als een tekstveld te dicht bij de rand staat.
Hiermee kun je instellen wat er moet gebeuren als een landkaart te dicht bij de rand staat.
Met '... aan de rand vastleggen' worden de foto's over de rand heen geplaatst als ze te dicht bij de buitenste rand staan. Kleine delen van de foto worden daarbij afgesneden,
maar teksten en landkaarten worden uit de buurt van de buitenste zijranden gehouden zodat er niks wordt afgesneden.
Bij veel objecten in je fotoboek worden zogenaamde 'tooltips' weergegeven als je hier met de muis op gaat staan, bijvoorbeeld het bestandspad van een foto of instructies bij het bewerken. Je kunt deze tooltips hier in- of uitschakelen.
Als deze optie is ingeschakeld, verschijnt er een speciale tooltip als je een fotoveld verschuift of het formaat ervan aanpast. Bij deze tooltips zijn dan de gegevens van de positie en afmetingen van het veld te zien.
Als deze optie is ingeschakeld, verschijnt er bij de miniaturen in de objectselectie in de tooltip een nummer waarmee het object eenduidig kan worden geïdentificeerd. Dit kan handig zijn als je een fout wilt opsporen.
Als je naar een andere pagina van je fotoproduct gaat, worden bij de selectie van de indelingen alleen de indelingen weergegeven die overeenkomen met het aantal foto's of fotovelden op de pagina die je hebt geopend. Hier kun je instellen of de indeling die je hebt gekozen, moet worden gewijzigd of niet.
Als dit vakje is aangevinkt, krijg je een waarschuwing te zien als je een QR-code wist met de melding dat de video die je hebt geselecteerd, niet wordt geüpload.
Als je de tekst op de boekrug bewerkt, wordt deze tekst automatisch gedraaid en hierop ingezoomd. Door naast het tekstveld voor de boekrug te klikken, wordt de weergave weer teruggedraaid.
Met de instelling 'Spellingcontrole tijdens het typen aanzetten' kun je de automatische spellingcontrole in- of uitschakelen.
Je kunt ook een ander woordenboek gebruiken voor de spellingcontrole, bijvoorbeeld een woordenboek dat je al hebt geïnstalleerd of een woordenboek voor een andere taal. Bij veel tekstverwerkers (bijvoorbeeld 'Microsoft Word' of 'Open Office') is er al een woordenboek geïnstalleerd. En als je steeds onbekende begrippen aan dit woordenboek hebt toegevoegd, is dit woordenboek bijzonder nuttig en je kunt het dan ook bij de '{{softwarename}}'-software gebruiken. Woordenboekbestanden zijn te herkennen aan de extensie '.dic'.
Met de instelling 'Wat moet er gebeuren als er een nieuw object met een reliëfopdruk is gekozen?' bepaal je wat er in het bewerkscherm wordt gedaan als een reliëfopdruk is gekozen.
Hiermee kun je de 'rode-ogenfunctie' instellen, dus wat er moet gebeuren met een foto in de '{{softwarename}}'-software die je met flits hebt gemaakt.
Instellingen voor de automatische 'rode-ogen-correctie'. Mogelijke instellingen: 'navragen bij elke foto', 'rode ogen altijd automatisch corrigeren' en 'rode ogen nooit automatisch corrigeren' (het programma ziet aan de Exif-gegevens of een foto is gemaakt met flits. Exif-gegevens zijn de gegevens die bij het fotobestand worden opgeslagen).
Je kunt de functie 'Automatische foto-optimalisatie' hier helemaal in- of uitschakelen. Speciaal voor foto's die zijn bewerkt met een fotobewerkingsprogramma (dit wordt uitgelezen uit de metagegevens van de foto) kun je instellen of er bij elke foto moet worden nagevraagd of de automatische foto-optimalisatie nooit of altijd moet worden toegepast.
Je kunt de functie 'Automatische foto-optimalisatie' ook achteraf voor gebruikte foto's in- of uitschakelen.
Hier kun je instellen of 'Rode-ogen-correctie' ook in het lab nog eens moet worden toegepast.
Hier kun je voor verschillende fotoproducten instellen wat er moet worden gedaan met het fotoveld als de indelingen van het fotoveld en de ingevoegde foto niet overeenkomen.
Je kunt hier voor verschillende producten apart instellen wat er moet worden gedaan.
Hiermee wordt de foto in het midden van het fotoveld geplaatst zonder de indeling van het fotoveld te wijzigen (zie de afbeelding onder in het midden). Delen van de foto die buiten het fotoveld vallen, zijn dan niet meer te zien. Je kunt de foto binnen het fotoveld verschuiven om belangrijke onderwerpen op de foto weer zichtbaar te maken (of om onderwerpen die juist niet zichtbaar moeten zijn, onzichtbaar te maken).
Hiermee wordt het fotoveld aan de indelingen van de foto aangepast (zie de afbeelding rechtsonder). De langste kant van de foto wordt daarbij zo goed mogelijk aan het fotoveld aangepast. De indeling verandert hierbij vaak aanzienlijk, bijvoorbeeld als je een staande foto in een verticaal uitgelijnd fotoveld invoegt. De ingevoegde foto wordt dan altijd helemaal weergegeven, ook als je het formaat van het fotoveld aanpast.
Bij deze instelling wordt automatische gezichtsherkenning gebruikt. Als er met deze functie een gezicht of meerdere gezichten op een foto worden herkend, wordt er geprobeerd de foto binnen het fotoveld zo te verschuiven dat een zo groot mogelijk deel van de gezichten te zien is. Deze instelling wordt alleen toegepast bij 'Veldgrootte behouden en het midden van de foto gebruiken'.
Hier kun je de zogenaamde 'werkmap' kiezen en instellen waar het programma de gegevens die het voor het project nodig heeft, tussentijds moet opslaan. Als je klikt op 'Bladeren' wordt een mappenbrowser geopend waarin je een andere map kunt kiezen.
Bij veel camera's en fotobewerkingsprogramma's wordt er een kleine miniatuur (thumbnail) bij de Exif-gegevens van een digitale foto opgeslagen. Als je deze optie hebt ingeschakeld, gebruikt de '{{softwarename}}'-software de voorbeeldgegevens uit de Exif-gegevens van de foto en er wordt geen eigen voorbeeld gemaakt. De weergave van de foto's is daardoor wat sneller, maar de weergave kan afhankelijk van de kwaliteit van de Exif-thumbnail slechter zijn.
Schijfruimte vrijmaken tijdens het laden van een product. Dat wil zeggen: verwisselde bestanden op de harde schijf worden gewist.
Je kunt grafische effecten volledig door de software laten berekenen (renderen) of door de grafische kaart van je computer laten uitvoeren en daarmee de hoofdprocessor ontlasten.
Hier kun je de toegang van het programma tot internet configureren.
Je kunt deze instellingen negeren als je alleen fotoproducten op cd wilt bestellen.
Een proxy is een plaats waar twee verschillende netwerken met elkaar kunnen worden verbonden.
Kies 'Geen proxy gebruiken' als je voor dit programma geen proxy nodig hebt.
Als je een betrouwbare internetverbinding hebt, kun je kiezen voor de functie 'Systeemproxy gebruiken'. Daarbij worden de instellingen van je computer gebruikt voor de internetverbinding.
De instelling 'Eigen proxy gebruiken' wordt meer gebruikt binnen een groter netwerk met eigen proxy's of bij een firewall. Vraag je systeembeheerder welke instelling je moet kiezen.
Als je klikt op 'Starten', worden er een aantal verbindingspogingen ondernomen. Als er zich problemen voordoen, kun je bij 'Details' de resultaten bekijken. Je kunt de gegevens in dit bestand opslaan als je een ondersteuningsverzoek wilt indienen.
Verplichte informatie over dat we veilig omgaan met je gegevens.
We slaan anonieme gebruikersgegevens op en analyseren ze alleen om onze diensten en de '{{softwarename}}'-software te kunnen verbeteren. Als je niet wilt dat je gegevens voor deze doeleinden worden gebruikt, kun je deze optie onder het kopje 'Tracking' uitvinken.
De actuele algemene leveringsvoorwaarden.
Informatie over de herkomst en aanbieder van de '{{softwarename}}'-software.
Informatie over dit programma, bijvoorbeeld versienummer, aanmaakdatum, programmanaam en andere copyrightinformatie.
De contactgegevens voor de klantenservice, zoals het telefoonnummer en e-mailadres.
Je kunt hier verder instellen of er debug-gegevens moeten worden opgeslagen en waar het debug-bestand moet worden opgeslagen. De klantenservice kan met behulp van deze debug-gegevens bij problemen met de '{{softwarename}}'-software vaststellen wanneer en eventueel bij welke programmamodule er een fout is opgetreden. Wij proberen dat vastgestelde fout dan op te lossen met de volgende programma-update.
Beknopte informatie met details over de softwareversie (belangrijk om te weten als je contact opneemt met onze klantenservice).
Inloggen om je gebruikersgegevens zoals wachtwoord, adres, e-mailmeldingen en fotoservicelogin te wijzigen.